Overweegt u uw familiebedrijf over te dragen, (deels) te schenken of te verkopen? Bedrijfsoverdracht is een complex traject dat zorgvuldig doorlopen moet worden. Het bepalen van de waarde van uw onderneming is een belangrijk, maar lastig onderdeel van dit traject. Lees in dit blog waarom de situatie van invloed is op de waardebepaling.
Waardebepaling is lastig, omdat er geen objectieve maatstaven zijn op basis waarvan de waarde kan worden bepaald. Waarde is immers een subjectief begrip, dat wordt bepaald door individuele inschattingen. En het maakt nogal uit welke situatie op u van toepassing is. Draagt u de onderneming over binnen de familie? Is één kind de bedrijfsopvolger en zijn er nog andere kinderen? Verkoopt u aan een derde en wilt u een zo’n hoog mogelijke opbrengst? Of is er sprake van een schenking of van overlijden van een van de eigenaren en moet de onderneming daarom gewaardeerd worden?
Als u het familiebedrijf overdraagt aan de volgende generatie, zult u meestal niet de hoofdprijs vragen als u voldoende vermogen heeft voor uw eigen financiële onafhankelijkheid. Als het bedrijf echter niet aan alle kinderen wordt overgedragen, dan is het veelal van belang dat er een prijs wordt betaald die zowel voor de opvolger(s) als voor de niet-opvolgende kinderen acceptabel is. Voor het bepalen van een zakelijke prijs kunt u een onafhankelijke deskundige vragen om uw familiebedrijf te waarderen. Hierdoor worden uw belangen, die van de bedrijfsopvolger, en de eventuele kinderen die niet betrokken zijn bij de overname gewaarborgd.
In verband met de financierbaarheid van de overdracht zult u als overdrager vaak nog een belang in de onderneming behouden. In plaats van een lening aan de opvolger wordt veelal gekozen voor een structuur met cumulatief preferente aandelen. Deze aandelen geven bij voorrang recht op de winst voor het overeengekomen dividendpercentage. Het restant van de winst gaat naar de opvolger. Belangrijk is om vooraf met de Belastingdienst de hoogte van het dividendpercentage af te stemmen. Om de waarde van deze zogenoemde cum-prefs te bepalen, is ook een waardering van uw familiebedrijf noodzakelijk.
Voor de schenk- en erfbelasting is de waarde in het economisch verkeer het uitgangspunt. Hoe lager de waarde, hoe minder schenk- en erfbelasting er betaald hoeft te worden. De Belastingdienst kijkt hier scherp mee naar de bepaling van de waarde van uw familiebedrijf. Mogelijk kunnen uw erfgenamen of degene die het familiebedrijf geschonken krijgt gebruikmaken van de Bedrijfsopvolgingsregeling.
Voor het bepalen van de waarde van een onderneming worden meerdere methoden gehanteerd, variërend van relatief simpel tot zeer complex. Bij de rentabiliteitsmethode wordt de waarde gebaseerd op recent gerealiseerde winst. Bij de EBITDA* Multiple-methode wordt de gecorrigeerde winst vermenigvuldigd met een bepaalde factor. Die factor is mede afhankelijk van de omvang en stabiliteit van de onderneming, maar ook van toekomstige verwachtingen qua groei en winstgevendheid.
De DCF-methode** is een complexe, maar in theorie de meest zuivere methode en wordt daarom veel gebruikt om bedrijven te waarderen. De Belastingdienst hanteert deze methode ook vaak. Belangrijk hierbij is dat er een gedetailleerd bedrijfsplan is, aangezien het uitgangspunt toekomstige vrije kasstromen zijn die contant gemaakt worden naar het heden. Een van de cruciale factoren is het percentage (het gewenste rendement op de investering van de koper) waartegen de kasstromen contant worden gemaakt. Het maakt nogal uit of dat bijvoorbeeld 10% of 15% is.
Naast deze waardebepalingen zijn ook de volgende factoren van belang bij het tot stand komen van een uiteindelijke koopprijs:
Een mogelijke valkuil bij de waardebepaling van het familiebedrijf zijn normalisaties. Er wordt hierbij gekeken naar hoe het bedrijf in “normale” omstandigheden zou opereren. Hierbij moet u denken aan een niet-marktconforme managementvergoeding voor uzelf of een lage huur op het bedrijfspand dat u aan de onderneming verhuurt. Een onafhankelijke waardering zal de gemiddelde vergoeding van de voorbije boekjaren vergelijken met wat marktconform is en het verschil als extra kosten meenemen bij de waardering van de onderneming. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor niet-vergoede taken. Denk aan de regelmatig meewerkende echtgenoot die niet betaald krijgt.
Neemt u dan contact op met uw banker. Bent u nog geen klant van Van Lanschot Kempen? Neem dan contact op met Paul Schut, business advisor, via telefoonnummer 06 22 37 99 96 of p.g.n.schut@vanlanschot.com.
Geschreven naar de stand van zaken op 8 april 2022.