Hoe bouw je vermogen op voor later?

De 4 pijlers van pensioen

Het Nederlandse pensioenstelsel heeft vier zogenoemde pijlers. Dit zijn verschillende manieren om inkomen of vermogen voor later op te bouwen. In de volksmond worden al deze mogelijkheden ‘het opbouwen van pensioen’ genoemd. Maar er zijn belangrijke verschillen tussen deze vier pijlers. In deze blog bespreken we de vier pensioenpijlers.

Eerste pijler: AOW (Algemene Ouderdomswet)

De eerste pijler bestaat uit de oudedagsvoorzieningen die door de overheid worden geregeld. De meest bekende (en meest belangrijke) is de AOW. De AOW is een basisinkomen, dat je ontvangt vanaf de AOW-leeftijd (momenteel 67 jaar). Maar de AOW-leeftijd stijgt waarschijnlijk, omdat die aan de levensverwachting is gekoppeld. Op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) kun je jouw (verwachte) AOW-leeftijd berekenen . Op deze website kun je ook zien hoe hoog de AOW-uitkering is.

De hoogte van de AOW-uitkering is afhankelijk van je situatie, bijvoorbeeld of je samenwoont of alleen woont. Ook is relevant of je in het buitenland hebt gewoond. De AOW-uitkering wordt met 2% gekort voor elk jaar dat je (vanaf een bepaalde leeftijd) in het buitenland hebt gewoond, tenzij je vrijwillig bent doorgegaan met het betalen van de AOW-premie.

Tweede pijler: pensioen via werkgever

De tweede pijler bestaat uit pensioen dat je via jouw werkgever opbouwt. Het gaat hier dus meestal om mensen die in loondienst zijn (geweest). Maar er zijn uitzonderingen. Zo zijn niet alle werkgevers verplicht om een pensioenregeling aan hun personeel aan te bieden Ook zijn er zelfstandige ondernemers, waaronder zzp’ers, en directeur-grootaandeelhouders (DGA’s) die toch verplicht of vrijwillig deelnemen aan een pensioenregeling.


Pensioenregelingen zijn er in verschillende soorten en maten. Je kunt pensioen opbouwen bij een verzekeraar, maar ook bij een pensioenfonds. Pensioenfondsen kunnen vervolgens worden onderverdeeld in verschillende soorten, zoals een bedrijfstakpensioenfonds (denk aan ABP en Zorg & Welzijn), een beroepspensioenfonds (bijvoorbeeld voor medisch specialisten) of een ondernemingspensioenfonds. En dan zijn er ook nog verschillende typen pensioenregelingen. Zo zijn er pensioenregelingen waarin je een vaste pensioenuitkering toegezegd krijgt. Tegenwoordig zijn dat meestal middelloonregelingen bij een pensioenfonds. Maar steeds gebruikelijker is een beschikbare premieregeling, waarbij maandelijks een pensioenpremie wordt betaald. Met het opgebouwde kapitaal moet dan een pensioenuitkering worden aangekocht. Het is dan vooraf niet helemaal zeker hoe hoog het pensioen is. De beschikbare premie wordt het uitgangspunt van het nieuwe pensioenstelsel dat uiterlijk 1 januari 2028 moet zijn ingevoerd.

 

Ben je benieuwd naar jouw pensioen? Op www.mijnpensioenoverzicht.nl kun je zien hoeveel AOW en pensioen je hebt opgebouwd.

Derde pijler: lijfrente

De derde pijler bestaat met name uit lijfrenten. Een lijfrente is een oudedagsvoorziening, die je vrijwillig afsluit als aanvulling op de eerste en tweede pijler. Interessant is dat de lijfrente onder voorwaarden fiscaal wordt gestimuleerd: de inleg is fiscaal aftrekbaar in box 1, het lijfrentekapitaal is vrijgesteld in box 3 en de uitkeringen uit de lijfrente worden uiteindelijk weer belast in box 1 (maar mogelijk tegen een lager belastingtarief). Veel zelfstandige ondernemers, waaronder zzp’ers, en DGA’s maken hiervan gebruik, omdat zij geen pensioen via een werkgever opbouwen. Maar ook voor werknemers kan dit interessant zijn, als aanvulling op het pensioen bij hun werkgever. Het kan zijn dat je bij je werkgever een (te) beperkt pensioen opbouwt.

 

Een lijfrente kan worden afgesloten bij een verzekeraar (de lijfrenteverzekering) en bij een bank of beleggingstelling (de bancaire lijfrente). De bancaire lijfrente is de afgelopen jaren heel populair geworden. Dit heeft te maken met de relatieve eenvoud van het product en de lage(re) kosten. Daarnaast gaat bij overlijden het resterende lijfrentekapitaal altijd over op de erfgenamen en is de bancaire lijfrente vrijgesteld van erfbelasting. Ook de grote verruiming van de fiscaal maximaal toegestane lijfrente- inleg in 2023 (van 13,3% naar 30%) heeft geholpen.

Vierde pijler: vrij beschikbaar vermogen

De vierde pijler maakt officieel misschien geen onderdeel uit van het Nederlandse pensioenstelsel, maar vormt voor veel mensen toch een belangrijk onderdeel van hun pensioen. In de vierde pijler zit het vrij beschikbaar vermogen, zoals spaargeld en beleggingen. Dit vermogen is dus flexibel in te zetten voor de oude dag. Het vermogen zit doorgaans in box 3 of mogelijk in een eigen bv (box 2). In het laatste geval is het belangrijk om je te realiseren dat er meestal nog box 2-heffing moet worden betaald als het vermogen wordt uitgekeerd naar privé .

Wat kan Van Lanschot Kempen voor je doen?

Welke vorm van vermogen opbouwen past bij jouw situatie? Onze bankers kijken graag mee en kunnen met Vermogenshorizon je wensen en doelstellingen in kaart brengen zodat je kunt nagaan of je voldoende vermogen voor later hebt opgebouwd. Als je interesse hebt in een bancaire lijfrente, brengen ze je graag in contact met een specialist van Evi. Rechtstreeks contact opnemen met een Evi vermogenscoach kan natuurlijk ook.

 

Geschreven naar de stand van zaken van 2 mei 2025.

Maak een vrijblijvende afspraak met Evi

Neem contact met ons op

Portretfoto van Wim Ravestein, medewerker Evi van Lanschot

Wim Ravestein

Lead Vermogenscoach

Phone06 13 10 02 33Emailw.ravestein@evivanlanschot.nl

Disclaimer

Dit artikel bevat alleen algemene informatie en geen persoonlijk advies. Wil je persoonlijk advies, overleg dan met je fiscaal adviseur over de mogelijkheden.