In de twee registers worden de gegevens van de uiteindelijk belanghebbenden (de ultimate beneficial owners, afgekort: UBO’s) van rechtspersonen, personenvennootschappen en fondsen voor gemene rekening bijgehouden. Deze twee registers zijn openbaar. Iedereen kan, tegen een beperkte vergoeding, bij de Kamer van Koophandel de UBO-gegevens van een bepaalde identiteit opvragen. Sommige informatie is alleen zichtbaar voor bepaalde bevoegde instanties, bijvoorbeeld de Belastingdienst en justitiële opsporingsdiensten. Op verzoek kunnen de openbare UBO-gegevens (zie kader) afgeschermd worden. Dat geldt echter alleen voor minderjarigen en voor personen die politiebeveiliging genieten.
De invoering van de UBO-registers geeft derden dus tot op zekere hoogte inzicht in de financiële situatie van geregistreerde personen, omdat het mogelijk is de UBO-gegevens van een bepaalde entiteit te koppelen met de financiële gegevens uit het Handelsregister. Die zichtbaarheid is voor veel vermogende ondernemende families een doorn in het oog.